Paardenkliniek

Onderzoek van uw paard kan zowel op de kliniek te Leusden of bij u aan huis plaatsvinden. Wij werken altijd op afspraak. Tijdens het consult wordt het verloop van het probleem besproken en wordt er een volledig lichamelijk onderzoek uitgevoerd. Aan de hand van de uitkomsten van dit onderzoek bespreekt de dierenarts met u het behandelplan of eventuele verdere diagnostische mogelijkheden. Wij beschikken over mobiele röntgen en echografie apparatuur. Als aanvullende diagnostiek noodzakelijk is kan dit vaak direct uitgevoerd worden. Ook kan uw paard of pony zo nodig gehospitaliseerd worden op ons revalidatie centrum. Zo kan uw paard zo optimaal mogelijk herstellen met de benodigde verpleging.

  • Preventieve zorg
  • Keuring
  • Orthopedie/kreupelheden
  • Medische beeldvorming
  • Voorplanting
  • Oogheelkunde
  • Chirurgie
  • Hoefsmederij
  • Spoed
  • Polikliniek inwendige ziekten
  • Tandheelkunde

Preventieve zorg

Vaccinaties

Ga naar ontwormen

Influenza

Een vaccinatie tegen influenza is verplicht wanneer het paard uitgebracht wordt op wedstrijden, maar het is zeker ook verstandig om uw paard te vaccineren wanneer u niet met uw paard op pad gaat. Vaak is de vaccinatie tegen influenza gecombineerd met de vaccinatie tegen tetanus. De meeste vaccins geven een goede bescherming tegen influenza gedurende 9 maanden. Daarom is eenmaal per jaar vaccineren eigenlijk niet voldoende voor een paard dat veel in contact komt met andere paarden van verschillende locaties.

Basisvaccinatie

De eerste keer dat een paard gevaccineerd wordt tegen influenza moet de vaccinatie na 4 tot 6 weken herhaald worden. Dit is nodig om het immuunsysteem te prikkelen om een voldoende beschermingsniveau te bereiken.

Eerste enting veulen

Veulens kunnen vanaf een leeftijd van ongeveer 6 maanden gevaccineerd worden. Het enten van jongere veulens is minder effectief omdat de afweerstoffen die het veulen opgenomen heeft uit de biest van de merrie de enting onschadelijk maken. Het gevolg hiervan zou zijn dat het veulen zelf onvoldoende weerstand op bouwt tegen de ziektes waarvoor je vaccineert. Bij veulens wordt altijd aangeraden om de enting na 4 tot 6 weken te herhalen om zo het gewenste beschermingsniveau te bereiken. Dit geld dus ook als basisvaccinatie.

Enting verlopen?

Wanneer de laatste vaccinatie langer dan een jaar geleden is, moet het paard opnieuw een basisenting krijgen. Dit is nodig om weer voldoende weerstand op te bouwen.

Equine Herpesvirus (EHV) | Rhinopneumonie

De enting geeft alleen bescherming tegen de verkoudheid en de abortus variant. Deze bescherming is niet 100%, maar geeft wel sterke vermindering van de symptomen en de uitscheiding van het virus door besmette paarden.

Entschema luchtwegproblemen

Net als bij elke andere enting moet er eerst een basisvaccinatie worden toegediend. Vier tot zes weken na de eerste enting kan de tweede enting worden toegediend. De vaccinatie dient tweemaal per jaar herhaald te worden. Veulens kunnen vanaf een leeftijd van ongeveer 6 maanden worden geënt tegen Rhinopneumonie.

Entschema abortus

Om de kans op abortus ten gevolge van een Rhinopneumonie-infectie te verminderen kan een merrie op de vijfde, zevende en negende maand van de dracht worden gevaccineerd.

Westnijlvirus

Als je paard alleen in Nederland blijft, loopt hij op dit moment nog geen gevaar. Niemand kan voorspellen wanneer de muggen wel in Nederland komen. Het is dus een zeer persoonlijke keuze om nu wel of niet te vaccineren tegen het Westnijlvirus. Veulens kunnen vanaf 6 maanden leeftijd gevaccineerd worden. De basisvaccinatie bestaat uit twee entingen met drie tot vijf weken tussentijd. De vaccinatie dient jaarlijks herhaald te worden.

Schimmelenting | Insol

De insolenting kan als enige enting niet alleen worden gebruikt om het paard te beschermen tegen schimmelinfecties, maar ook bij de behandeling van schimmelinfecties. Een schimmelinfectie begint meestal met kleine bultjes en rechtovereind staande haren. Later ontstaan er ronde, kale, schilferige plekken, die vanuit het midden genezen. In principe veroorzaakt een schimmelinfectie weinig tot geen jeuk. Schimmelplekjes worden vaak gezien op plekken waar het zadel en hoofdstel zit. Voorheen ging het behandelen van schimmelinfecties met behulp van shampoos, wat een aantal keer herhaald moesten worden. Het voordeel van de insol-enting is dat het minder arbeidsintensief is, vaak beter werkt bij hardnekkige schimmel en dat het een preventieve werking heeft gedurende minimaal 9 maanden.

Entschema Insol

Veulens kunnen vanaf een leeftijd van 5 maanden worden gevaccineerd. De basisvaccinatie bestaat uit een tweetal injecties met twee weken ertussen. Om beschermd te blijven moeten paarden elke 9 maanden opnieuw tweemaal met twee weken ertussen gevaccineerd worden. Het is verstandig om borstels, zadeldekjes en dekens te reinigen om herbesmetting te voorkomen.

Vaccinatie en wedstrijdsport

Afhankelijk van de organiserende instantie kunnen er verschillende eisen aan de vaccinatie gesteld worden. Het is aan te raden om regelmatig op de website van de organiserende instanties te kijken, omdat de reglementen kunnen veranderen.

Vaccinatieregels KNHS

In het paspoort moet een geldig overzicht zijn geregistreerd van de aan het paard of de pony toegediende vaccinaties, inclusief de verplicht gestelde vaccinaties tegen influenza. De basisvaccinatie tegen influenza bestaat uit twee inentingen, die minimaal 21 en maximaal 92 dagen na elkaar moeten zijn toegediend. In de periode tussen deze twee entingen mag niet aan wedstrijden worden deelgenomen. Nieuw is een derde basisenting, die mag niet later dan 6 maanden na de 2e enting gegeven worden. Vervolgens moet jaarlijks (niet later dan 12 maanden na de vorige enting) de vervolgenting zijn gegeven.

Een vaccinatie dient minimaal zes dagen voor de (eerste) wedstrijd(dag) te zijn toegediend. Vermeldingen van vaccinaties zijn pas geldig als deze zijn voorzien van de entingdatum met handtekening en (praktijk)stempel van de dierenarts. Wanneer de basisenting en de vervolgentingen vroeger in een afzonderlijk vaccinatieboekje zijn vastgelegd, moet de dierenarts de volgende tekst in het Paardenpaspoort opnemen: “The vaccination history of this horse/pony is correct. Last vaccination on: DATUM”. In het paspoort van paarden of pony’s die uitsluitend tijdens KNHS-wedstrijden worden uitgebracht volstaat de regel in het Nederlands ook. De Engelse of Nederlandse regel moet wel zijn afgetekend en afgestempeld door de dierenarts. Per 1 april 2007 dient de sticker met het batchnummer van de entstof (van de vaccinatie) in het paspoort te zijn geplakt door de dierenarts. Vaccinaties die op of na 1 april 2007 zijn gegeven moeten dus zijn voorzien van deze sticker, voor vaccinaties die voor 1 april 2007 zijn gegeven geldt dit niet.

Vaccinatieregels FEI

Alle paarden die gaan deelnemen aan een FEI-evenement moeten op zijn minst een basisenting paardeninfluenza hebben ondergaan. De basisenting bestaat uit een set van twee entingen, de tweede enting moet zijn gegeven tussen 21 en 92 dagen, na de eerste enting. Een derde enting moet gegeven worden binnen 6 maanden en 21 dagen na de tweede enting. Hierna moet het paard minimaal jaarlijks geënt worden tegen influenza.

Wanneer het paard zal gaan deelnemen aan een FEI-evenement, moet de laatste enting zijn gegeven niet eerder dan 6 maanden en 21 dagen voor het begin van het evenement c.q. aankomst in de stallen, uitgaande van datgene wat het eerst plaatsvindt. Entingen moeten bovendien tenminste 7 dagen vóór het begin van evenement c.q. aankomst in de stallen zijn gegeven. Paarden die voor januari 2005 volgens het oude FEI-reglement correct geënt waren hoeven niet opnieuw een reeks van basisentingen te ontvangen, mits zij jaarlijks correct geënt zijn en maximaal 6 maanden en 21 dagen voor het begin van het evenement geënt zijn.

Ontwormen

Vrijwel alle paarden in Nederland hebben wormen en wormlarven in hun lichaam. Wanneer er een beperkt aantal wormen in het lichaam verblijven, levert dit geen gezondheidsproblemen op. Worden deze wormen onvoldoende bestreden dan wordt het paard besmet met een te groot aantal wormen. Door een wormbesmetting kunnen paarden last krijgen van koliek en diarree, maar het kan ook resulteren in conditieverlies en dus verminderd presteren. Lange tijd bleef de bestrijding van worminfecties beperkt tot het op gezette tijden geven van een wormenkuur, maar vanwege het mogelijk resistent worden van wormen tegen wormenkuren is het belangrijk om de wormbestrijding gerichter aan te pakken. Resistentie kan er uiteindelijk voor zorgen dat we geen middelen meer hebben waarmee wormen goed bestreden kunnen worden. Dit heeft uiteraard grote gevolgen voor de gezondheidszorg. Dit is ook de reden dat de regering besloten heeft dat wormenkuren tegenwoordig alleen nog met bij een dierenarts of met een dierenartsrecept gekocht kunnen worden.

De preventie en bestrijding van wormen heeft kort samengevat drie doelen, namelijk:

  • Het voorkomen van lichamelijke problemen bij het paard als gevolg van een wormbesmetting.
  • Het voorkomen van het besmet worden van het weiland of paddock met wormeieren/larven.
  • Het voorkomen van resistentie tegen ontwormingsmiddelen

Bekijk hier voor meer informatie over ontwormen

Terug naar boven

Keuring

Klinische keuring

Bij een klinische keuring wordt er volgens een voorgeschreven protocol een lichamelijk onderzoek uitgevoerd. er wordt onder andere gekeken naar het hart, de longen en het bewegingsapparaat. Een klinische keuring kan zowel op de kliniek als op locatie uitgevoerd worden. Wel is het belangrijk dat er op de locatie beschikking is over een stille ruimte om naar het hart en longen te luisteren. Om de beweging van het paard te beoordelen zijn een goede harde en zachte bodem nodig waarop het paard zowel in een rechte lijn als op de volte gemonsterd kan worden. Op de kliniek zijn de omstandigheden voor een klinische keuring optimaal. Bovendien kunnen er indien gewenst röntgenfoto's genomen worden en door middel van een endoscopie de mate van cornage beoordeeld worden.

Röntgenologische keuring

Een röntgenologische keuring wordt op de praktijk uitgevoerd. Bij deze keuring worden er röntgenfoto's gemaakt van de ondervoet, kogels, sprongen en knieën. De foto’s worden beoordeeld op het voorkomen van afwijkingen in de gewrichten. De mate van voorkomen kan worden aangegeven in een systeem van cijfers variërend van 1 tot 4. De waarderingen 1 en 2 zijn hierbij acceptabel, 3 en 4 niet meer. Met een cijfer 3 of 4 voor een gewricht wordt er gesproken van een verhoogd risico voor problemen in de toekomst. Voor een verzekeringsmaatschappij is dit meestal een reden om dit been uit te sluiten van de verzekering. Dat wil zeggen dat eventuele problemen aan het desbetreffende been niet in aanmerking komen voor vergoeding door de verzekering. Eventueel kunnen er nog aanvullende opnames gemaakt worden van de rug en hals, in overleg met uw dierenarts.

Orthopedie/kreupelheden

Kreupelheid

Ga naar pezen

Ga naar gewrichten

Ga naar behandelingen

Eén van de meest voorkomende problemen bij paarden is een kreupelheid. Dit betekent in feite dat één of meerdere benen niet ‘normaal’ gebruikt worden. Het is vervolgens aan de dierenarts om erachter te komen waar de oorzaak vandaan komt en wat eraan gedaan kan worden.

Vaak is de oorzaak een afwijking in de botten, gewrichten, spieren of pezen. Ook afwijkingen in slijmbeurzen, peesscheden, zenuwen en ligamenten kunnen kreupelheid veroorzaken. Juist bij kreupelheden die langere tijd aanhouden zien we rugklachten ontstaan. Door het ontlasten van het kreupele been verandert de houding van de rug. Juist wanneer de acute pijnlijkheid in het been over is, zal dit paard toch kreupel lopen vanuit de rug. Andersom zien we ook kreupelheden ontstaan vanuit problemen in de rug. Ontlasten van pijnlijkheid in rug of hals resulteert heel vaak in een kreupelheid aan het been.

Elk kreupelheidsonderzoek begint bij ons volgens een vast protocol:

  1. Geschiedenis van kreupelheid: hoe lang is het paard al kreupel, is de oorzaak bekend, verandert het beeld van kreupelheid?
  2. Inspectie en palpatie paard in rust: afwijkingen aan de stand, verdikkingen, wonden etc.
  3. Beoordeling gangen: stap, draf op harde en zachte bodem zowel op de rechte lijn als de volte.
  4. Buigproeven: pijnlijkheid in bepaalde gebieden wordt erger wanneer er gedurende bepaalde tijd druk wordt uitgeoefend op gewrichten, banden en pezen.
  5. Afhankelijk van de uitkomst worden diagnostische anesthesiën van zenuwen of gewrichten toegepast om de locatie van de kreupelheid beter vast te kunnen stellen.
  6. Als aanvullend onderzoek wordt op kliniek gebruik gemaakt van thermografie, röntgenonderzoek en echografie.

De therapie die wordt ingezet is afhankelijk van de oorzaak. We passen moderne therapieën toe zoals:

  1. PRP
  2. IRAP
  3. Stamcel therapie
  4. Tildren
  5. Ortopedisch beslag
  6. (Arthroscopische) Chirurgie
  7. Laser therapie
  8. Shockwave therapie

Pezen

Bij intensieve training en piekbelastingen tijdens het springen kunnen pezen de grens van hun vermogen overschrijden. Hierdoor ontstaat er schade in de kleine microfibrillen. Gelukkig hebben pezen een zelf herstellend vermogen om deze schade te repareren. Gezonde paarden die genoeg rust tussendoor krijgen, zullen deze schade vanzelf oplossen. Echter, een probleem ontstaat wanneer de pees langere tijd (over-)belast wordt en het herstel geen kans krijgt. Op dit soort momenten kan een verkeerde beweging of een misstap al leiden tot een echte ‘peesklap’. Er is een gat ontstaan in de pees, waarin de fibrillen uit elkaar zijn gescheurd. Dit gat is bloed wat uit het kapotte weefsel komt. Aan de buitenkant van het been valt dit op door de plotselinge warme en pijnlijke zwelling van het pijpbeen. Vaak lopen de paarden dan ook acuut kreupel.

In het begin is het belangrijk het been goed te koelen en tegendruk te geven (evt. met bandages). Zo wordt voorkomen dat de zwelling toeneemt. Het toedienen van ontstekingsremmers door de dierenarts heeft meestal effect in de acute fase. Na ongeveer 5 dagen is de zwelling afgenomen en kan er een echo gemaakt worden om de peesschade te beoordelen. Afhankelijk van de grootte van het defect kan er een geschikte therapie toegepast worden.

Gewrichten

Een gewricht is de verbinding tussen twee botten. Er zijn verschillende soorten gewrichten zoals starre gewrichten in het schedel of beweegbare gewrichten van de beenderen met kraakbeen en gewrichtskapsels. Het kraakbeen bedekt de uiteinden en vermindert wrijving van de botten. Het gewrichtskapsel bedekt het gewricht en bestaat uit een stevige buitenlaag en een dunne binnenlaag. Deze dunne binnenlaag, ook wel synoviale laag genoemd, produceert het gewrichtsvloeistof. Deze vloeistof lijkt qua inhoud op eiwit en smeert het gewricht wanneer de botten over elkaar heen bewegen. Sommige delen van de buitenste laag zijn verdikt en vormen ligamenten. Deze ligamenten verbinden de botten met elkaar. Pezen verbinden spieren met botten.

Arthritis

Arthritis is een ontsteking van een gewricht waarbij de botten, het kraakbeen, ligamenten en gewrichtskapsels meedoen. In een geïnfecteerd of geïrriteerd gewricht neemt de hoeveelheid gewrichtsvloeistof toe en ontstaat er zwelling. Bacteriën komen in het gewricht via een wond in het kapsel waardoor er schade aan botten en kraakbeen ontstaat. Als gevolg hiervan kan het gewricht niet meer bewegen. De behandeling is intensief en bestaat uit spoelen van het gewricht gecombineerd met medicatie. In ernstige gevallen kan dit 4-6 weken duren om botschade of nieuwvorming te voorkomen.

Verstuiking

Een verwonding van een ligament kan veroorzaakt worden door een verstuiking of verdraaiing van het gewricht. Sommige ligamenten verbinden de botten met weinig beweging, andere staan juist veel beweging toe. Wanneer een abnormale beweging op het gewricht wordt uitgeoefend, kan het ligament overrekken en scheuren. Scheurt zo’n ligament af dan is herstel vaak moeilijk en is adequate rust de enige therapie.

Fragmenten (chip)

Fragmenten of chipjes zijn stukjes bot of kraakbeen in het gewricht. Deze kunnen pijn veroorzaken wanneer ze tussen de botten verschuiven; bij veel schade veroorzaken ze zelfs een ontsteking (arthritis). Chirurgisch verwijderen is meestal succesvol.

Knie op slot

Een onderdeel van de knie is de knieschijf of patella. Gewoonlijk kan een paard uren op een achterbeen rusten zonder gebruik te maken van de achterbeen musculatuur. Dit is mogelijk vanwege het ‘slotmechanisme’ van de achter knie. De lus gevormd door twee patellaire ligamenten aan de knieschijf slaat om het uiteinde van het femur. Het komt voor dat het paard niet in staat is de knie ‘van het slot af’ te halen. Afhankelijk van de ernst en de herhaalbaarheid van het voorkomen, wordt er beslist wat de beste therapie is. Bij jonge paarden kan het probleem eruit groeien, wanneer de spieren beter ontwikkelen. Aanpassing van de stand van de hoeven geeft ook al een verbetering. In een enkel geval dient er chirurgisch ingegrepen te worden.

Behandelingen

Lasertherapie

Laserbehandeling op hoog niveau geeft een boost in de cellen energie waardoor de bloedstroom en zuurstof naar het weefsel toenemen. Dit verhoogt op zijn beurt het metabolisme in de cellen van het weefsel en biedt de optimale omgeving voor weefsel om te genezen. In veel gevallen is de behandelduur van de patiënt korter en de behandeling is bovendien pijnloos. Wij gebruiken lasertherapie voor onder andere als aanvullende behandeling voor slecht genezende of geïnfecteerde wonden, het versnellen van wondgenezing, vermindering van littekenweefsel, spierproblemen en rug- en nekklachten. De behandeling voelt aangenaam warm aan, is volledig pijnloos, veilig en kent geen bijwerkingen.

Shockwave

Shock waves zijn geluidsgolven en geven een positieve drukgolf. Op deze manier wordt er energie doorgegeven tot in het weefsel en dit zorgt onder andere voor een verhoogde bloedsomloop en zo meer metabole activiteit, wat het genezingsproces stimuleert. Het werkt antibacterieel, ontstekingsremmend, pijnstillend en zorgt voor het vrijkomen van groeifactoren en stimulatie van stamcellen. Wij gebruiken deze therapie ter ondersteuning bij onder andere pees- en spierblessures en artrose. Het paard laat dit meestal goed toe en behandeling is kort en pijnloos.

IRAP-behandeling

IRAP staat voor interleukine-1 receptor antagonist en wordt door witte bloedcellen geproduceerd. Het werkt ontstekingsremmend en pijnstillend en kan dus gebruikt worden om ontstekingsreacties in gewrichten te remmen. Het is een lichaamseigen stof en we verkrijgen het door eerst bloed af te nemen. Vervolgens verwerken we het op een speciale manier waardoor de witte bloedcellen IRAP produceren. Dit scheiden we uit het bloed en spuiten we vervolgens in het gewricht. Artrose in een gewricht kan lokaal een ontstekingsreactie geven. Deze ontstekingsreactie veroorzaakt pijn, maar dit kan uiteindelijk ook leiden tot verdere beschadiging van het kraakbeen. Door de ontsteking te remmen kunnen we de vicieuze cirkel doorbreken en verdere aantasting van het gewricht voorkomen. De al aanwezige schade in het kraakbeen is echter niet te herstellen.

Stamceltherapie

Stamcellen hebben de potentie om zich te kunnen delen en ontwikkelen tot andere type cellen of weefsels waardoor ze het herstel bij verschillende blessures kunnen stimuleren. Stamcellen zijn echter niet in staat om een beschadigd gewricht weer als nieuw te maken. De cellen hebben een aansturende rol in het herstelproces en stimuleren daardoor het herstel. De cellen remmen het ontstekingsproces, produceren groeifactoren en stimuleren celdeling. De cellen zorgen voor een verbeterde kwaliteit van het littekenweefsel.

Hoe ouder echter de beschadiging, hoe minder goed stamceltherapie werkt. Het is voornamelijk goed werkzaam bij letsel wat 1 tot 4 weken oud is. Ook is deze therapie effectiever bij iets kleiner letsel. Daarnaast functioneren stamcellen minder goed in een ontstoken milieu, wat misschien bij artrose wel het geval is.

Medische beeldvorming

Radiologie

Door middel van röntgenstralen wordt voornamelijk botweefsel in beeld gebracht. De moderne en geavanceerde apparatuur die we tot onze beschikking hebben op de kliniek, stelt ons in staat om zowel de benen te onderzoeken, maar ook het hoofd, hals en rug volledig in beeld te brengen.

Deze techniek wordt gebruikt tijdens keuringen (aan-/verkoop-, sport-, jaarling- of OCD-keuringen), maar ook als aanvulling op het algemeen, orthopedisch of tandheelkundig onderzoek. Via deze techniek kunnen we bijvoorbeeld arthrose, fracturen, hoefkatrol of kieswortel problemen diagnosticeren.

Echografie

Echografie is gebaseerd op geluidsgolven. Door het echoapparaat worden geluidsgolven van verschillende sterkte uitgezonden. De weerkaatsing van de geluidsgolven op verschillende organen en weefsels vormt een beeld op het scherm. Zodoende kan er een goed beeld worden verkregen van zowel zacht weefsel als botcontouren. De kliniek beschikt over een geavanceerd echoapparaat. Hierdoor kunnen we de echografie voor velerlei doeleinden inzetten zoals:

  • Orthopedisch onderzoek: botten, pezen en gewrichten.
  • Buikonderzoek
  • Drachtigheidsonderzoek
  • Oogonderzoek
  • Hartonderzoek

Het maken van een echo is niet pijnlijk. In principe kunt u altijd bij het onderzoek aanwezig zijn. De dierenarts bespreekt in veel gevallen direct de uitslag met u.

Endoscopie

Voor veel onderzoeken wordt tegenwoordig een endoscoop gebruikt. Dit is een camera met lichtbron die is bevestigd aan een lange flexibele of starre stang. De endoscoop is bevestigd aan een computer waardoor de beelden direct bekeken en/of opgenomen kunnen worden. Op onze kliniek beschikken we over verschillende maten endoscopen waardoor we in de volgende organen kunnen kijken; maag, keel, slokdarm, dunne darm, keel, luchtpijp, voorhoofdsholtes, luchtwegen, urinewegen, gewrichten en baarmoeder.

Voorplanting

Medisch Centrum voor Paarden - De Hofstede is volledig ingericht voor de drachtigheidsbegeleiding van uw merrie goed te laten verlopen. Wij bieden de mogelijkheid om de merrie aan huis of op de kliniek te laten scannen. Ook voor de partus van de merrie of het afveulenen bieden wij de mogelijkheid de merrie bij ons te stallen om de optimale omstandigheden te creëren. Zo kan uw merrie veilig onder toezicht afveulenen en heeft uw veulen de eerste dagen alle professionele zorg en aandacht die het nodig heeft dichtbij.

Wij bieden de paardenfokker onze dienst aan om het dekmoment optimaal te begeleiden. Het bepalen van follikelgrootte, mate van hengstigheid, inseminatie, na controles en behandeling van mogelijke complicaties zijn onderdelen van het voortplantingspakket dat wij aanbieden.

Afhankelijk van de hengst kan er gekozen worden voor vers gekoeld sperma of bevroren sperma. Diepvries sperma heeft een korte levensduur in de merrie. Daarom is het belangrijk om het bevroren sperma zo kort mogelijk rondom de ovulatie in de baarmoeder te insemineren. Om de kans op dracht te optimaliseren, wordt de merrie meerdere malen per dag gescand gedurende de dag en nacht. Dit is bij een paardenhouder aan huis praktisch niet te realiseren, daarom wordt er vaak voor gekozen om deze merries bij ons op De Hofstede te stallen.

Voor dekkingen met gekoeld sperma wordt er in de meeste gevallen om de 48 uur gescand. Dit kan in veel gevallen aan huis. Uiteraard kunnen deze merries ook bij ons gestald worden voor de begeleiding of kunt u de merrie op de kliniek aanbieden voor een echo. Voor verdere vragen over onze voortplantingspakketten voor zowel vers of diepvries sperma kunt u contact opnemen met onze kliniek.

Oogheelkunde

Als uw paard een oogprobleem heeft, doen we altijd een structureel en volledig oogonderzoek. Het oog wordt van buiten naar binnen onderzocht.

  1. Onderzoek van de schedel en oogkas; we letten hierbij op eventuele aanwezige fracturen of vormafwijkingen. Daarnaast kijken we ook of het paard ooguitvloeiing heeft en welke kleur dit heeft.
  2. De stand van het boven- en onderooglid; een ooglid moet mooi aansluiten op het oog en mag niet naar buiten of naar binnen krullen of beschadigd zijn.
  3. De stand, positie en de grootte van de oogbol; beide ogen moeten even groot zijn, moeten even ver buiten de oogkas komen en het paard mag niet scheel kijken bijvoorbeeld.
  4. Het derde ooglid; er kunnen op het derde ooglid bepaalde huidtumoren voorkomen, zoals een plaveiselcelcarcinoom (vaak bij Haflingers).
  5. De conjunctiva (slijmvliezen); we letten op de kleur, of deze gezwollen zijn en of er bloedingen of beschadigingen aanwezig zijn.
  6. De cornea (het hoornvlies); hier kijken we naar eventuele onregelmatigheden, een witte waas of beschadigingen. De cornea kleuren we aan met een kleurstof genaamd fluoresceïne. Hiermee kunnen we zien of er een beschadiging op de cornea aanwezig is.
  7. De voorste oogkamer; deze moet helder zijn en er mag niks inzit.
  8. Iris en pupil; de iris is het gekleurde deel van het oog en omringt de pupil.
  9. De lens.

De ogen van een paard zijn gevoelige organen en problemen aan het oog moeten dan ook snel en adequaat aangepakt worden. Oogaandoeningen die we veel zien zijn onder andere: conjunctivitis, corneabeschadiging, maanblindheid en tumoren aan het (derde) ooglid.

Een conjunctivitis is een ontsteking van het slijmvlies van het oog, ook wel de ‘binnenbekleding’ van het ooglid. In de zomer zijn vaak de vele vliegen de oorzaak, maar ook stof, een voorste luchtweginfectie of een allergie kan een conjunctivitis veroorzaken. Vaak zie je dikke, opgezette ogen en ook doorzichtige of pussige ooguitvloeiing. Als er in het oogonderzoek geen verdere afwijkingen aan het oog gevonden worden, wordt er een behandeling met antibiotische zalf ingezet. Als er veel zwelling van het oogslijmvlies aanwezig is, kan er ook gedruppeld worden met corticosteroïden. 

Als paarden het hoofd op een onhandige manier stoten, er komt iets in het oog, of ze schuren erg veel door bijvoorbeeld jeuk, kan er een beschadiging aan het hoornvlies (corneabeschadiging) ontstaan. Dit is pijnlijk en het paard zal knijpen en veel tranen met het oog. Soms kan je een beschadiging met het blote oog waarnemen, maar kleine beschadigingen kan je vaak niet zien. We gebruiken een groene kleurstof (fluoresceïne) om te zien of de buitenste laag van de cornea beschadigd is. Als dit het geval is zetten we vaak een behandeling met antibiotische zalf in. Een simpele beschadiging is binnen 2-7 dagen genezen.

Chirurgie

Castratie

Het castreren van paarden wordt op onze kliniek enkel op de praktijk gedaan. Hierbij hebben wij gekozen om dit enkel onder algehele narcose te doen. Wij streven ernaar om dit onder optimale omstandigheden uit te voeren en zo het risico op complicaties zo laag mogelijk te houden. Castraties bij het staande paard worden daarom dus niet uitgevoerd bij ons

Castratie over de lies: hierbij worden twee relatief kleine snedes gemaakt bij het lieskanaal. De testikels worden afgebonden en verwijderd. De wond wordt vervolgens in twee lagen gehecht, waardoor deze geheel gesloten is. Het risico op infecties en een darm-prolaps is zo minimaal.

Klophengsten worden op gelijke wijze gecastreerd wanneer de testikel in het lieskanaal te vinden is. Wanneer deze in de buikholte zit, wordt de ingreep complexer. Voor deze paarden worden we bijgestaan door onze externe specialist, Carmen Scheffer.

Half bedekt: hierbij wordt het scrotum (balzak) ingesneden en de testikels afgebonden en verwijderd. Er blijft een open wond over die vervolgens zelf moet genezen.

Voor meer informatie omtrent de ingrepen en prijzen kunt u contact opnemen met ons.

Hoefsmederij

Elke donderdag is hoefsmid Gijbert Bouw aanwezig op onze kliniek. Hij is aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Hoefsmeden en EFFA geregistreerd. Bij hoefproblemen is het prettig om met een ervaren hoefsmid te kunnen overleggen voor een geschikt plan van aanpak. Ook worden paarden die bij ons staan voor revalidatie als dit gewenst is van nieuwe ijzers voorzien door Gijsbert Bouw. U kunt contact met ons opnemen om een afspraak met hem in te plannen.

Spoed

Medisch Centrum voor Paarden - De Hofstede is dag en nacht beschikbaar voor spoedgevallen. Er is altijd een dierenarts en assistent beschikbaar om spoedhulp te verlenen aan huis of op onze kliniek.

Spoed consulten kunnen verschillen van een bloedende wond of een koliekaanval bij het paard. Wij begrijpen dat het soms lastig is om in te schatten of uw paard direct medische zorg nodig heeft of dat het probleem eventueel kan wachten tot een volgende dag. Bij twijfel kunt u daarom altijd overleggen met een dierenarts. Op Medisch Centrum voor Paarden - De hofstede beschikken wij over röntgendiagnostiek, echografie en bloedanalyse apparatuur. Daardoor kunnen we de meeste spoedeisende zorg direct aan huis leveren om een het beste behandelplan op te stellen voor uw paard.

Bij twijfel over de medische conditie van uw paard of acute spoed, neem dan telefonisch contact met ons op via 0342 490 301. Buiten onze reguliere openingstijden krijgt u via een bandje de dienstdoende dierenarts aan de lijn.

Polikliniek inwendige ziekten

U kunt met uw paard bij het Medisch centrum voor Paarden ook terecht voor poliklinische consulten op het gebied van de inwendige ziekten. Daarnaast beschikt de kliniek voor patiënten die intensievere zorg of controle nodig hebben over opnamefaciliteiten. Onder inwendige ziekten verstaan we alle aandoeningen die voortkomen uit problemen van een van de orgaansystemen:

  • Maagdarmkanaal: (recidiverende) koliek, diarree/mestwateren en vermageren.
  • Luchtwegen: hoesten, neusuitvloeiing, bijgeluid bij ademen en benauwdheid.
  • Hart- en vaatstelsel: hartritmestoornissen en hartruis, problemen met de vaten zoals bloedneus en vochtophopingen bv. oedeemvorming benen (einschuss) inclusief de diverse aandoeningen van het bloed zoals bloedparasieten (teken), stollingsproblemen en bloedarmoede.
  • Huidproblemen: huidafwijkingen, jeukklachten.
  • Spierproblemen: stijf en stram lopen, spierstofwisselingsproblemen: PSSM
  • Nieren en Urinewegen: afwijkend drink- en plasgedrag, bloed bij menging urine, pijnklachten bij urineren (persdrang)
  • Endocrinologie: afwijkingen van hormonen producerende organen (Ziekte van Cushing)
  • Stofwisseling: spijsverteringsorganen zoals leverproblemen maar ook gevolgen van verstoring in de stofwisseling zoals bv. overgewicht (EMS) en hoefbevangenheid
  • Zenuwstelsel en Zintuigen: evenwichts- en coördinatieproblemen, oog- en oorproblemen

Soms hebben we te maken met orgaan specifieke klachten, maar vaker zijn de symptomen wat algemener en uiten zich als verminderd presteren en gedragsveranderingen. Het is dan belangrijk om het paard in zijn geheel te onderzoeken en overzicht te krijgen van alle orgaansystemen omdat een verstoring in het ene orgaan gevolgen kan hebben op de functie van de andere organen. Hierbij kunnen we gebruik maken van diverse functietesten: pijn-, opname (GOT: maagdarmkanaal) en inspanningstesten (hart en longen tijdens rust/arbeid).

De polikliniek is gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van diverse aandoeningen van deze verschillende organen en orgaansystemen.

We starten elk onderzoek met een uitgebreide anamnese en lichamelijk onderzoek om de problemen goed in het vizier te krijgen. Naar aanleiding van de verkregen informatie zullen we in overleg met u een diagnostisch plan opstellen. Hiertoe beschikken wij over uitgebreide mogelijkheden van aanvullende diagnostiek. In ons lab op de kliniek is er de mogelijkheid voor uitgebreid bloed-, mest- en urineonderzoek. Ook bloeduitstrijkjes en longspoelingen worden op de kliniek beoordeeld. Uitgebreider weefselonderzoek (biopt) sturen we naar een extern laboratorium. Daarnaast beschikken we op de kliniek onder andere over echoapparatuur, zowel een luchtweg- als maagscoop, ecg apparatuur (rust/beweging) en apparatuur voor longfunctiemetingen.

Aangezien wij de meeste aanvullende onderzoeken zelf op de kliniek kunnen uitvoeren is het mogelijk om snel en gericht tot een diagnose te komen en van daaruit een op de patiënt afgestemd behandelplan op te stellen. Qua behandelmethodes maken we wanneer nodig gebruik van medicatie, maar kijken ook naar mogelijkheden om het management aan te passen om recidive te voorkomen. Het rantsoen speelt hierin een zeer belangrijke rol en er is de mogelijkheid dit uit te diepen door middel van rantsoenanalyse. Zie de links voor verdere informatie over de diverse onderzoeken en behandelmogelijkheden. Bij vragen over onderzoeksmogelijkheden en de diverse behandelwijzen kunt u altijd contact opnemen met de kliniek voor meer informatie.

De focus van ons werk als dierenartsen ligt natuurlijk op kwaliteit, maar aandacht, en goede duidelijke uitleg vinden wij zeker zo belangrijk om u en uw paard zo goed mogelijk te begeleiden in het onderzoeks- en behandelproces.

Tandheelkunde

Naast vaccineren, hoefverzorging en wormonderzoek is de gebitsverzorging een zeer belangrijk onderdeel van de preventieve zorg voor het paard. Bij Medisch Centrum voor Paarden - De Hofstede wordt de tandheelkundige zorg verleend door paardendierenarts Annette Dijkstra. Zij heeft zich toegelegd op de tandheelkundige verzorging van het paard en is aangesloten bij de NVVGP.

Als er geen eet- of rijtechnische problemen zijn wordt de noodzaak van een gebitsbehandeling met de mondinspectie bepaald. Om het volledige gebit te kunnen inspecteren wordt er gebruik gemaakt van een mondsperder. Dit wordt uitgevoerd onder een lichte sedatie om onnodige stress te voorkomen en de veiligheid te waarborgen. Daarna kan er een volledige gebitsbehandeling uitgevoerd worden waarbij de scherpe punten en haken van de kiezen gevijld worden en het gebit volledig uitgebalanceerd wordt. Wij beschikken op de kliniek ook over de apparatuur om gespecialiseerde tandheelkundige ingrepen uit te voeren. Wij maken gebruik van de moderne apparatuur van PZ - Dental technik. Tijdens de behandeling wordt er altijd tijd gemaakt voor uitleg over de afwijkingen in het gebit van uw paard. Als de behandeling is voltooid krijgt u ook een advies specifiek gericht voor uw paard.

Wolfskiezen

Deze kleine kiezen zonder functie zitten meestal voor de eerste kiezen in de bovenkaak. Tussen de leeftijd van 6 tot 18 maanden komen deze kiezen door. Ze zijn meestal kleiner dan twee centimeter maar kunnen ook groter zijn in formaat. 80 à 90 % van de tweejarige paarden hebben wolfskiezen. Bij een groot percentage van de paarden komen de wolfskiezen los tijdens het wisselen, waardoor we maar bij 15 tot 25% van de volwassen paarden wolfskiezen zien zonder dat ze een eerdere gebitsbehandeling hebben gehad. Wolfskiezen kunnen problemen geven tijdens het rijden met bit. Dit is echter niet altijd het geval, zeker niet wanneer de kiezen strak tegen de eerste kies aan liggen. Paarden die last hebben van wolfskiezen zullen dit laten zien door middel van hoofd schudden tijdens het rijden en slecht het bit aannemen. Daarom is ons advies om het gebit eerst te laten controleren voor de eerste ervaring met het bit. Met behulp van lokale verdoving en sedatie kunnen de wolfskiezen verwijderd worden. Tijdens deze ingreep wordt het tandvlees rondom de tand los gemaakt zodat de kies uit de tandkas verwijderd kan worden.

EOTRH

Deze afkorting wordt gebruikt voor de aandoening Equine Odontoclastic Tooth Resorption and Hypercementosis en betrekt zich meestal tot de voortanden van oudere, koudbloedpaarden. Soms worden ook de ruinentanden en/of de eerste kiezen aangetast. EOTRH ontwikkelt zich langzaam van de buitenste snijtanden naar de binnenste snijtanden. De wortels van de snijtanden lossen geleidelijk op. Tegelijkertijd vormt er een grote hoeveelheid cement rondom de wortels wat pijn veroorzaakt in het kaakbot. Paarden met EOTRH kunnen de volgende symptomen laten zien:

  • Grote hoeveelheden tandsteen op de tanden;
  • Moeilijk doorbijten van hard voedsel, bijvoorbeeld een dikke wortel;
  • Speekselen;
  • Onaangename geur uit de mond;
  • Roodverkleuring van het tandvlees in combinatie met teruggetrokken tandvlees, in een verder gevorderd stadium kan dit in combinatie met pus fistels;
  • Verdikkingen van de snijtanden ter hoogte van de wortels;
  • Loszittende snijtanden.

De oorzaak van de aandoening EOTRH is helaas niet bekend. Door middel van röntgenfoto's kunnen de snijtanden in beeld gebracht worden en eventueel EOTRH gediagnosticeerd worden. Helaas is er geen therapie beschikbaar die het proces kan stoppen of genezen. Onze ervaring is wel dat als de binnenste snijtanden nog onaangedaan zijn het verwijderen van de buitenste snijtanden het proces kan vertragen. Doordat deze aandoening zeer pijnlijk is voor het paard worden de aangedane snijtanden verwijderd. Dit is de enige manier om het paard pijn vrij te krijgen. Het verwijderen van de aangedane snijtanden kan uitgevoerd worden bij het staande paard met behulp van sedatie en lokale verdoving.

Diastasen

Diastasen is een term die gebruikt wordt om ruimtes tussen kiezen en/of tanden te beschrijven. In deze ruimtes kan voer gaan ophopen wat voor tandvleesontsteking kan zorgen. Bij een gezond paardengebit zijn er geen ruimtes aanwezig tussen de opeenvolgende elementen. Tijdens het eten kan er voer in de ruimtes gedrukt worden, dit blijft vaak vast zitten waardoor dit gaat rotten. Dit rottende voer zorgt voor een ontstekingsproces van het tandvlees, daardoor zal het tandvlees zich gaan terugtrekken. Dit geeft de bacteriën de kans om verder de tand en tandkas te infecteren waardoor soms, in erge gevallen, de aangedane kies en/of tand los komt te zitten.

Diastasen ontstaan vaak door hoogteverschillen tussen de kiezen. Als gevolg van een ongelijke druk in het gebit gaan kiezen scheef op elkaar staan en ontstaan er ruimtes tussen de kiezen. Een andere veelvoorkomende oorzaak van diastasen zien we vaak bij jonge paarden tot 3-jarige leeftijd. Deze paarden hebben een verstoring tijdens het wisselen en/of het doorkomen van de permanente kiezen. Paarden met diastasen kunnen de volgende symptomen laten zien:

  • Hoofdschudden
  • Proppen maken
  • Traag ruwvoer eten of stoppen met ruwvoer eten
  • Hamsteren
  • Stinkende geur uit de mond
  • Slecht verteerde mest
  • Vaak hebben deze paarden vooral problemen met het opnemen van ruwvoer.

Grazen en krachtvoer eten deze paarden goed. De diagnose van diastasen kan alleen gemaakt worden door het gebit uitgebreid te bekijken, zo nodig met een spiegel. Daarna zal er afhankelijk van de ernst, locatie en vorm een passende therapie voor de diastase gezocht worden. De diastasen worden altijd eerst schoongemaakt. Het rottende voer wordt verwijderd met behulp van de handen, een probe en zo nodig een dentale hoge druk spuit. Zo nodig worden de ruimtes gevuld met twee componenten rubber. Hierdoor wordt de diastase afgesloten en kan het ontstoken tandvlees tot rust komen. In ernstige gevallen kan het voorkomen dat de aangedane kies en/of tand al zo los zit dat deze verwijderd moet worden. Het allerbelangrijkste is dat het paardengebit terug in balans gebracht wordt, zodat de druk op de kiezen gelijk is. Hierdoor kunnen de schoongemaakte diastasen genezen en zullen er geen nieuwe diastasen ontstaan. Afhankelijk van de ernst van de diastasen zal de dierenarts een aangepast rantsoen met u doorspreken.

Contactinformatie praktijk

Medisch Centrum voor Paarden - De Hofstede

Terug
  • Ma
    08:00 - 17:00 uur
  • Di
    08:00 - 17:00 uur
  • Wo
    08:00 - 17:00 uur
  • Do
    08:00 - 17:00 uur
  • Vrij
    08:00 - 17:00 uur
  • Za
    08:00 - 14:00 uur
  • Zo
    Gesloten
Terug

Vind ons hier:

Postweg 9 3831 SE Leusden
ontvang een routebeschrijving via Google Maps